zaterdag 6 september 2008

Een gedicht

Een gedicht



' De hyena’s ruiken aas '

De aasgieren verschijnen ten toneel.
En cirkelen rond het verzwakte slachtoffer,
dat in de onschuld het gevaar niet ziet.
Om zonder enig respect,
als de weerstand is geweken.
Hun weerloos maal te krijgen.
En de poging van het maatje,
om zijn lief nog te behouden.
Is vergeefs bij de parasieten.
En wanneer hij moegestreden,
uitgeput geen kracht meer heeft.
Moet hij lijdzaam wel gaan inzien.
Dat hij geen kans meer heeft.


 hb. nov. 2003













God , geef mij:

Kalmte ,
Om te aanvaarden wat ik niet kan veranderen.


Moed ,
Om te veranderen wat ik kan veranderen.


Wijsheid ,
Om tussen deze twee onderscheid te maken.











“ De levenszee ”


Ik voel de winden Gods vandaag.

Vandaag hijs ik het zeil.

Gehavend is ´t en zwaar van schuim ,

Maar ik hijsch ´t en hoop op heil !

Want Christus zelf, als stille gast ,

Reist in mijn scheepje mee.

Op zijn bevel durf ´k uit te gaan ,

Op wilde hoo-ge zee !

De tranen die ik heb geweend ,

Zijn door Gods wind gedroogd.

Ik denk niet meer aan wat voorheen ,

Vergeefs ik heb gepoogd.

Maar met vernieuwde levensmoed ,

Neem ik een vast besluit.

Ik voel de winden Gods vandaag ,

En zeil de haven uit !


1952 Hans 2000

Mijn levenslied ,

Ter herinnering aan je liefhebbende Moeder












HB.

Geen opmerkingen: